Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Via Nova > Boek 2 (Oude Druk)

Hoofdstuk 36, tekst 1: De keizer

Het feest staat voor de deur. Zojuist heeft de ceremoniemeester aan Marcia hen, die hebben toegezegd op het feestmaal te komen, met name genoemd/opgenoemd. Allen, die zijn uitgenodigd, hebben dus toegezegd te komen, zegt Marcia. Het huis zal vol zijn. Zo is het, bevestigt de ceremoniemeester. De slaven hebben van verscheidenen de sandalen al binnengebracht. En die heb ik bevolen in het atrium te plaatsen, opdat de gasten ze daar kunnen aantrekken, nadat ze hun schoenen hebben uitgetrokken. Je hebt juist bevolen. Worden er genoeg aanligbedden klaargezet? En heb je bevolen dat de nieuwe tafellakens en servetten en het tafelzilver worden gebruikt? Dat heb ik bevolen. Alles, wat zich uitstrekt tot het klaarmaken van een schitterende maaltijd, heb ik bevolen. Ook worden er nu bloemenkransen opgehangen nadat de triclinia op een prachtige manier in orde zijn gemaakt. Zullen de gasten vanaf het 9e uur aankomen? Alles zal gereed zijn. Het 9e uur is al ophanden. In de keuken moet onderzocht worden of alles goed gebeurt Ook in de keuken gaat/gebeurt alles prima. De uitgelezen schotels voorgerecht zijn al klaar om op te dienen/opgediend te worden. Andere worden voorbereid. Het is mogelijk voor U de gasten gastvrij te ontvangen. Spoedig komen de eerste gasten, die hun feestkleren hebben aangetrokken, binnen. Een zekere senator is met zijn vrouw, wier kamermeisje al van tevoren de sandalen voor haar voeten heeft gebracht en nu haar waaier en parasol draagt. Nadat zij hun schoenen voor sandalen hebben gewisseld, worden de gasten, terwijl hun slaven hen op de voet volgen, naar het peristylium gebracht. Wat later komen andere familieleden en vrienden aan. Ook Lucia met haar man en diens ouders is aanwezig. Ook de jongens verheugen zich dat zij op het feest aanwezig zullen zijn. Nadat Plinius rechts van Flavus is gaan aanliggen, roept de pater familias de goden van de onderwereld en de hemelgoden afzonderlijk aan, opdat zij zijn aanwezige en afwezige vrienden begunstigen. Zoals wij, Marcus Claudius, jou in onze dagelijkse beden gedenken, laten wij ook nu zo aan je denken, voegt hij eraan toe. Dan worden, onder applaus van allen, de schotels (met) voorgerecht binnengebracht: het feestmaal kan beginnen/met het feestmaal k'an begonnen worden. Onder het voorgerecht draagt de voorlezer met zachte stem enkele van de gedichten van Horatius voor. Nadat hij deze heeft geprezen, vertelt Plinius dit (deze woorden) over zijn oom : Ik herinner mij, dat een van de vrienden, die, toen de voorlezer enkele dingen verkeerd had uitgesproken, hem tot de orde had geroepen en had gedwongen ze te herhalen, en dat mijn oom hem gezegd had: Je had het toch zeker wel begrepen?, en toen deze ja had gezegd: Waarom riep je hem dan terug/tot de orde? Door jouw onderbreking hebben we wel tien versregels verkwist/verloren. Zo zuinig ging hij met zijn tijd om. De een vertelt dit, de ander dat en nadat de honingwijn, die geschikt past bij het voorgerecht, verwijderd is, vult de wijnschenker de kelken met met water aangelengde wijn, en brengt die rond. Wanneer vervolgens het wild en gevogelte geserveerd zijn wordt een begin gemaakt met de eigenlijke maaltijd. Een toneelspeler draagt, gebaren makend, verzen voor, een lierspeler bespeelt zijn lier, gasten lachen en voeren gesprekken, de feestmaaltijd verloopt uitstekend.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.338

Nieuw afgelopen maand: 8

Gewijzigd afgelopen maand: 18