Via Nova > Boek 2 Imperium
Hoofdstuk 21, tekst 1
Over de Vestaalse MaagdenP: Luister, mijn dochter. Jou, een meisje van acht jaar, zal spoedig de grootste eer ten deel vallen. De Opperpriester zal jou tot Vestaalse Maagd kiezen. Vanaf die tijd zul jij door de Romeinse burgers met uitzonderlijke eerbied worden behandeld, zoals alle Vestaalse Maagden.
F: Wat zal ik moeten doen als ik Vestaalse Maagd zal zijn?
P: Vestaalse Maagden zijn priesteressen van de godin Vesta. Het behoort dat zij het eeuwige vuur bewaken. Ook jij zult het heilige vuur bewaken. Neem deze taak met de grootste zorgvuldigheid op je! Want jij zult streng worden gestraft als het vuur ooit door jouw schuld gedoofd is.
Maar wees niet bang, want de ervaren Vestaalse Maagden zullen jou alles leren. Jij zult de eer zijn voor onze familie. Zelfs je broers zullen, al zullen zij ereambten verwerven, jouw roem niet overtreffen.
F: De Vestaalse Maagden wonen bij het Forum Romanum. Waar zal ik wonen? Zal het mij toegestaan zijn dagelijks naar huis terug te gaan? Ik zal toch wel thuis slapen?
P: Jij zult bij de Vestaalse Maagden leven. Je zult de opperpriester als vader en de opperpriesteres als moeder hebben. Als jij gedurende dertig jaren een ingetogen leven zult leiden, zul jij naar huis teruggaan.
F: Gedurende dertig jaren? Als ik zo lang Vestaalse Maagd geweest zal zijn, zal ik een oude vrouw zijn!
P: Jou zullen bekende voorrechten gegeven worden. Voor de Vestaalse maagden alleen is het overdag toegestaan met de wagen door de stad te gaan. Misschien zul jij ooit opperpriesteres van Vesta zijn. Als jij die waardigheid zult verkrijgen, zul jij temidden de schouwspelen naast de keizer zitten.
F: Dit bevalt me. Want de keizer bezet in het Amfitheater altijd de beste plaats. Voor de rest maakt het leven van de Vestaalse Maagden me bang. Ik smeek je: sta mij toe een gewoon leven te leiden!
P: Ik weiger. Ik zal jou overhandigen aan de priesteressen van Vesta. Mijn besluit staat vast en het zal niet veranderd worden door smeekbeden. Je neemt dit vandaag zwaar op en je vindt me zelfs wreed. Maar later zul je me dankbaar zijn, als jij je lot beter zult hebben begrepen