Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Tirocinium Latinum

Exercitium 2: A

1. Ik heb vrienden, maar ook vijanden.
2. De romeinen bevrijden hun bondgenoten.
3. Zij hebben ogen en zien toch niet.
4. De overwinnaars doden de krijgsgevangenen.
5. zij zijn zeelieden.
6. Je hebt slaven en paarden en zwaarden. Waarom jaag je de zeerovers niet op de vlucht?
7. Ik heb broers en zussen.
8. Broers moeten hun zussen helpen, of andersom. Maar het onderwerp staat meestal vooraan.
9. Lucia en Iulia zijn zussen.
10. Regenbuien verwoesten het land.
11. Zij wachten op regenbuien.
12. Moeder roept Marcus, maar Marcus hoort moeder niet.
13. Waarom help jij de vrouwen niet, vriend?
14. De bode komt naar Rome en bericht de overwinning.
15. Zij zijn overwinnaars en daarom juichen zij.
16. Ik heb geen rijkdom.
17. De zeelui varen niet uit naar het eiland.
18. Mijn zoon heeft geen vrienden.
19. Waar zijn de kooplui?
20. De kooplui zijn bang voor zeerovers en hebben daarom zwaarden.
21. Waarom ga je niet naar huis?
22. Marcus, je moet naar school gaan.
23. Jullie moeten het leven liefhebben, vrienden.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.338

Nieuw afgelopen maand: 8

Gewijzigd afgelopen maand: 18