Tirocinium Latinum
Exercitium 13: A
1. Wij zijn vrije mensen.2. De kleine kinderen sliepen; zij hoorden niets.
3. De kinderen van slaven waren niet vrij, maar ook slaven.
4. De inwoners van Africa zijn zwart.
5. Onze tegenstanders zijn van plan onze kolonne vanuit een hinderlaag aan de linkerkant te belegeren. Past daarom op, aanvoerders.
6. De schepen van de zeerovers waren zwart.
7. Jullie zieke moeder wordt genezen door de dokter.
8. Aan onze aanvoerder was door een bode een brief gegeven over vredesvoorwaarden.
9. Ons legerkamp was door de vijanden vaak belegerd, maar nooit veroverd.
10. Mijn rechter voet was door een steen verwond. Maar de wond is spoedig door een arts genezen.
11. Zij is reeds gedurende vele jaren ziek.
12. Het kamp van onze tegenstanders moet door onze soldaten aan de linkerkant worden belegerd.
13. Het leven van slaven was meestal ellendig.
14. Onze aanvoerder was goed op de hoogte van de hinderlaag van de barbaren en paste op.
15. Geeft voedsel aan arme mensen.
16. De tempel was gewijd aan iuno.
17. In het eerste jaar na de oorlog worden verdragen gesloten.
18. Vertelt mij over jullie tocht, vrienden.
19. Wij waren van plan om met onze vrienden naar Rome te gaan. Wij werden echter verhinderd door de ziekte van onze vader.
20. Aan luie jongens worden geen beloningen gegeven.