Pallas > Druk 2: boek 2
Hoofdstuk 29, tekst A: taaloefeningen (versie 2)
1. moge hij losmaken2. moge wij zelf losmaken (m)
3. moge jij losmaken
4.moge jullie tonen
5. moge wij plaatsen voor onszelf (m)
6. moge zij zetten
7. moge hij zijn
8. moge wij gaan
9. moge hij zenden
10. moge zij voorzichzelf maken (m)
11. moge jullie zijn
12. moge zij zijn
13. moge zij gaan
14. moge hij plaatsen
15. moge hij tonen
16. moge zij overwinnen
17. moge hij overwinnen
18. moge hij maken
19. moge jullie jezelf losmaken (m)
20. moge jij maken