Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Pallas > Druk 1: boek 3

Hoofdstuk 8 Herodotus 7B: Haardracht en kleding; het schrift

De priesters van de goden dragen elders lang haar, maar in Egypte scheren zij zich kaal. Voor andere mensen is het gebruik tijdens de rouw voor wie dat het meest treft zich de hoofden kaal te hebben geknipt, maar Egyptenaren laten bij sterfgevallen hoofd- en baardharen groeien, terwijl zij zich tot dan toe kaal hebben geschoren. Bij andere mensen speelt het leven zich afgescheiden van dieren, bij Egyptenaren samen met dieren. Anderen leven van tarwe en gerst, voor de Egyptenaar die daarvan leeft is het een zeer grote schande; maar zij maken hun eten van spelt dat sommigen zeia noemen. Het deeg kneden zij met de voeten, leem met de handen en de mest rapen zij op. Anderen laten hun schaamdelen zoals ze ermee geboren zijn, Egyptenaren laten zich besnijden en ook allen die het van hen geleerd hebben.. Iedere man heeft twee kledingstukken, iedere vrouw één. Anderen maken de scheepsringen en –kabels aan de buitenkant vast, Egyptenaren aan de binnenkant. Grieken schrijven letters en rekenen met steentjes van links naar rechts, maar de Egyptenaren van rechts naar links. En zij beweren terwijl ze dat doen, dat zij het zelf rechts/handig doen, en de Grieken links/onhandig. Ze gebruiken twee schriftsoorten en het ene daarvan heet “heilig”, de ander wordt “volks” genoemd.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.338

Nieuw afgelopen maand: 8

Gewijzigd afgelopen maand: 18