Methodos Grieks
Hoofdstuk 14, tekstblok: De dingen voor de strijd in Thermopylai
Toen Xerxes al overstak uit Klein-Azië naar Europa, verzamelden de Grieken zich bij Isthmos, omdat ze de barbaren wilden afweren: Want ze begrepen dat heel Griekenland in het grootste gevaar was. Zij informeerden dus eerst, waar het leger van de Perzen was. Na weinig tijd vernamen ze van een ijlbode, die helemaal uit Thessalië kwam, dat de perzen ontelbaar waren, terwijl ze al naar Thessalië gingen. Daardoor leek het hen het geschiktst om in Termopylai tegenstand te bieden aan de vijanden. Want daar was een smalle doorgang en was zeer geschikt voor de Grieken, die wat aantal betreft zwakker waren. Zo bereikten zij na weinig dagen Thermopylai en toen zij het ontzaglijke leger van de barbaren zagen, verloren zij de moed en wilden ze al weggaan.Één van de veldheren was Leonidas, de koning van Sparta, leider van 300 Spartanen. Dus hij, toen hij zag dat de soldaten moedeloos waren, sprak hen goede moed in met deze woorden: "Degene die ons aanvalt is geen god, maar een mens: en er is geen enkel mens, dat geen slechte dingen meemaakt. Maar de grootste man van alle mensen loopt ook gevaar om de grootste ellende mee te maken."
Xerxes stuurde een spion, een van zijn ruiters, en droeg die op te informeren met hoeveel de Grieken waren. Hij was alleen in staat de Spartanen te zien, van wie de mannen op de vlakte trainden, of hun haren kamden. Nadat de ruiter alles vernam, reed hij in alle rust weg: want niemand achtervolgde hem. Hij keerde terug en vertelde tegen Xerxes alles wat hij had gezien. Xerxes luisterde naar wat hij niet kon begrijpen, waarom de Spartanen zich op die manier voorbereidden op de strijd: want voor hem leken ze belachelijk te doen. Want de man van de Perzen wist niet dat het een wet was voor de Spartanen dat ze naar de strijd kwamen om zich op die manier voor te bereiden op hun dood.