Lego
Hoofdstuk 9: verdieping 2; Cicero gaat in ballingschap
Tullius groet zijn Terentia, Tullia en Cicero.Ik geef minder vaak brieven mee naar jullie dan ik kan, vanwege het feit dat niet alleen alle tijden aan mij ongelukkig zijn, maar ook, wanneer ik óf brieven naar jullie schrijf óf de brieven van jullie lees, word ik overmant door tranen, dat ik dat niet kan verdragen. Was ik maar minder verlangend naar leven geweest! Had ik maar zeker niets slechts in het leven gezien. Maar als het lot ons heeft gespaard om ooit een of andere hoop voor een of ander welzijn terug te winnen, dan zijn minder fouten door ons gemaakt: Als deze ellende blijvend is, verlang ik echt jou, mijn leven, zo snel mogelijk te zien en wil ikin jou omhelzing sterven, aangezien én niet de goden, die jij altijd vroom hebt vereert, én niet de mensen, die ik altijd heb gediend, ons dank hebben getoond. O verloren ik! O ellendige ik! Wat moet ik je nu vragen, opdat jij komt, jij, een vrouw, ziek en afgemat in lichaam en geest? Moet ik dat niet vragen? Zal ik dus zonder je zijn? Ik ben van mening, dat ik zp moet handelen: Als er hoop is op onze terugkeer, moet jij deze bevestigen en de zaak helpen; maar als, zoals ik vrees, het gedaan in met mij, moet jij op welke manier jij ook kan, ervoor zorgen dat jij komt bij mij. Dit ene moet jij weten: Als ik jou hier zal hebben, zal het mij minder erg toeschijnen om helemaal om te komen. Maar wat zal er met mijn Tullia'tje gebeuren? Jullie moeten hier al voor zorgen; mij ontbreekt het aan een plan. Maar zeker, op welke manier de zaak er dan ook voor zal staan, er moet prioriteit gesteld worden aan het huwelijk en de goede naam van het arme meisje. En verder? Wat zal mijn Cicero doen? Laat hij altijd op mijn schoot en in mijn omhelzing zijn. Ik kan al niet meer schrijven: Mijn verdriet staat in de weg.