Fortuna > Boek 1
Hoofdstuk 9, tekst B
1. Maar horatius pakte de mannen 1 voor 1 vast hij hield ze tegen hij schreeuwde:2. Ik smeek jullie bij de goden en mensen te blijven
3. Als wij vluchten en de brug intact laten zal
4. Rome in handen van de vijand zijn. Want zij zijn begerig naar hevige strijd en onsterfelijke roem
5. Jullie moeten mij helpen om de stad te redden
6. Het is noodzakelijk om de brug af te breken en in brand te steken
7. Ik houd ondertussen de vijanden tegen
8. Daarna blijft hij staan en scheld de Etrusken uit
9. Jullie slaven van tirannieke koningen
10. Onkundig van de vrijheid vallen onze vrijheid aan
11. De vijanden rende al boos tegen horatius in
12. Toen ze tegelijkertijd het gekraak van een instortende brug hoorde, en het geschreeuw van juichende Romeinen
13. Ze bleven verschrikt staan.
14. Dan smeekt horatius: vader Tibet wees welwillend aanwezig en ontvang deze wapens en soldaat als teken van moed
15+16 heb ik niet
17. Daarna sprong hij bewapend naar beneden in de rivier en zwom hij ongedeerd over naar de stad
18. Omdat de Etrusken Rome niet konden veroveren beginnen ze de stad te belegeren.
19. Horatius behaalt grote roem en de burgers plaatsten
20. Een standbeeld van hem op de plaats van de volksvergadering