Fortuna > Boek 1
Hoofdstuk 8, tekst A - taaloefeningen
A.amo
amas
amat
amamus
amatis
amant
teneo
tenes
tenet
tenemus
tenetis
tenent
intellego
intellegis
intellegit
intellegimus
intellegitis
intellegunt
invenio
invenis
invenit
invenimus
invenitis
inveniunt
C.
1. patres vestros = jullie vaders
2. bella crudelia = de wrede oorlogen
3. puerum parvum = de kleine jongen
4. clades tristis = de droevige nederlaag
5. viri crudelis = de wrede mannen
6. aquam multam = veel water/het vele water
D.
1. De blijde man zegt: ik heb een mooie vrouw!
2. Wij komen zelf naar Rome.
3. De jongens doden de bange koning.
4. De tevrede Romeinen roepen: onze aanvoerder verliest nooit de hoop.
5. Jij geeft het goud nog niet terug.
6. Nu begrijp ik de goden; Hoewel zij vaak duistere woorden zeggen.
7. De Romeinse soldaten verlangen naar grote eer.
8. Het eerste meisje ging het huis binnen.
9. Jij zelf vreest een droevig lot.
10. Jullie verlaten boos de stad.