Examenboeken > 2010: Cicero
15. Een onwaarschijnlijk verhaal
Aan wie vertrouwde hij tenslotte de zaak toe, welke helper gebruikte hij, welke handlanger, welke medeplichtige, aan wie vertrouwde hij een zo grote misdaad toe, aan wie zichzelf, aan wie zijn geluk? Vertrouwde hij de zaak toe aan de slaven van de vrouw?Want zo is hij beschuldigd. En was hij zo dwaas aan wie jullie toch zeker verstand toeschrijven, ook al kleineren jullie hem met de vijandige redevoering in de overige opzichten, dat hij al zijn vermogen toevertrouwde aan vreemde slaven? Maar aan welke slaven? – want het is zelf zeer van belang – aan die slaven waarvan hij begreep dat zij niet in een algemene situatie verkeerden van slavernij, maar dat zij vrijer en vrijmoediger en vertrouwelijker met de vrouw des huizes leefden?
Want wie ziet dit niet, rechters, of wie ontkent dat in zo’n huis, waarin de vrouw des huizes leeft als een hoer, waarin niets gebeurt dat naar buiten gebracht moet worden, waarin ongebruikelijke geneugten, weeldezucht, kortom alle ongehoorde ondeugden en schandalen plaatsvinden, wie ontkent dat hier slaven geen slaven zijn, aan wie alles toevertrouwd wordt, door wie alles gebeurt, die zich bezighouden met dezelfde verleidingen, aan wie geheimen worden toevertrouwd, aan wie heel wat ten goede komt, zelfs van de dagelijkse uitgaven en van de zwelgerij. Zag Caelius dit niet?
Want als hij zo een vertrouweling was met die vrouw, zoals jullie willen, wist hij ook dat die slaven vertrouwelijk met hun meesteres waren.
Als de vertrouwelijke omgang met haar niet zo groot was als door jullie wordt gesuggereerd, welke zo grote vriendschap kon er dan zijn met haar slaven?
Maar welke theorie van het vergif zelf wordt er gevormd? Waar is het verworven, op welke manier is het bereid, op welke wijze, voor wie, op welke plaats is het overgegeven? Zij zeggen dat hij het thuis heeft gehad en dat hij de kracht daarvan op de proef heeft gesteld op een of andere slaaf voor deze zaak juist aangeschaft; dat dit door hem aangeschaft was door de snelle werking van deze.