Catullus
Carmen 16
Wanneer ik jullie vastbind en van achteren verkrachtZal ik een even laten zien hoe ik jullie veracht
Want, Furius, jij klootzak, wie denk jij wel wie je bent
en jij, fantast, Aurelius, jij noemt jezelf een vent?
hoe halen jullie ‘t in je hoofd bij het zien van mijn gedichten,
mij meteen van een gebrek aan kuisheid te betichten
‘t is passend voor een dichter zeer bescheiden te verkeren
wil niet zeggen dat zijn werk ‘t publiek niet mag shockeren
een goed gedicht heeft doorgaans veel karakter en veel pit
en ‘t wekt datgene op waar het verlangen al in zit
dus, bescheidenheid en kuisheid daar wil ik niets van weten
deze dichter zou men dan wel heel erg snel vergeten
’t zijn geen jonge kereltjes meer die we hier bespreken
maar vieze oude mannetjes met allerlei gebreken
die in al hun harigheid en stijfheid snel bemerken
dat hun kleine piemeltje zich niet omhoog kan werken
en lezend over duizend kussen voelt dat ronduit rot
dus is het mijn potentie die eronder lijden moet?
ik zal jullie verbazen met mijn mannelijk geslacht
wanneer ik jullie vastbind en van achteren verkracht.