Pallas > Druk 2: boek 3
Hoofdstuk 4, tekst B: De slang krijgt hulp
01- De slang heeft een helper.02- De helper is angstaanjagend;
03- want de helper is een grote kreeft.
04- De grote kreeft pakt Herakles;
05- en bijt in zijn scheenbeen.
06- Wat doet herakles nu?
07- Eerst doodt hij de grote kreeft,
08- vervolgens roept hij zelf ook een helper;
09- de helper is Iolaos;
10- Iolaos is zijn vriend.