Hoofdstuk 22, tekst A

1) 'Burgers!
2) Onlangs heb ik een reis door Italie gemaakt. Tijdens de reis
3) heb ik vele verlaten stukken grond en vele onbebouwde akkers gezien.
4) Ik heb veel grote bloeiende landgoederen gezien, waarop veel slaven hard werkten.
5) Jullie landerijen worden door vreemde heren bewoond.
6) Jullie akkers worden door andermans slaven verbouwd.
7) De dieren, die in Italie rondzwerven, hebben hun eigen schuilplaats en woonplaats,
8) maar jullie, die voor Italie hebben gevochten, zijn van jullie akkers verdreven.
9) Met vrouwen en kinderen zwerven jullie door Italie en slapen jullie onder de blote hemel.
10) Hoewel jullie 'heren der wereld' genoemd worden, is geen aardkluit van jullie.
11) In de oorlog hebben jullie andermans luxe en rijkdom verdedigd, niet die van jullie.
12) Hoe lang zullen jullie akkers door andermans slaven worden verzorgd?
13) Hoe lang zal jullie honger gekweld worden?
14) Hoe lang zullen jullie dit slechte leven verdragen?
15) Daarom zal ik een akkerwet indienen.
16) Daarom zal ik jullie je landgoederen en akkers teruggeven.
17) Jullie leven zal een Romeinse man waardig zijn.
18) Dus kies mij, Tiberius Gracchus, tot volkstribuun!'