Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

SPQR > Versie 1

Tekst 6: Castor en Pollux (versie 3)

De Romeinen voeren oorlog, maar het is helemaal niet gemakkelijk de overwinning te behalen.
De aanvoerder van de Romeinen is bang voor een nederlaag.
Hij smeekt om de hulp van de goden.
Plotseling (is er) geluid van hoeven!
Er komen paarden aan.
De paarden zijn stralend en enorm groot.
Op de paarden zitten mannen, stralend en enorm groot.
De vijanden schrikken.
Zij zeggen: ‘Het zijn geen mannen, maar goden! Het zijn Castor en Pollux! Als de goden in het gevecht steun geven aan de Romeinen, is het voor ons niet mogelijk om te winnen.’
Daarom vluchten de vijanden.
Zo overwinnen de Romeinen de vijanden met de hulp van Castor en Pollux.

Ondertussen wacht in de stad het volk op de uitkomst van het gevecht.
Een menigte van vrouwen, jongens en meisjes is op het forum.
Allen zwijgen.
Ze zijn bezorgd.
Ze vrezen voor het leven van de soldaten, want hun vaders en broers en echtgenoten vechten in de oorlog.
Ze vrezen een nederlaag. Een jongen zegt tegen zijn moeder: ‘O moeder, als de vijanden winnen, is het hun toch zeker niet toegestaan om mij te verkopen als slaaf?’
De moeder huilt: ‘Het is de vijanden toegestaan
te doen wat zij graag willen, als de soldaten van Rome hen niet overwinnen.’ Een oud vrouwtje corrigeert haar: ‘Huilen helpt helemaal niet. Het is beter om tot de goden te bidden.’ Meteen bidt de menigte tot de goden.


Plotseling roept een meisje: ‘Er komen paarden aan!’ Het zijn de paarden van Castor en Pollux.
Het oude vrouwtje lacht: ‘Kijk, de goden geven ons steun, zoals altijd. De goden houden van Rome!’
De paarden van Castor en Pollux drinken water uit de bron dichtbij de tempel van Vesta.
Daar vertellen de goden het volk over de overwinning.
De menigte juicht.
Spoedig komen ook de aanvoerder en de soldaten de stad binnen.
De Romeinen vieren de overwinning.
De aanvoerder van de Romeinen zegt tegen de burgers: ‘Het is nodig om een tempel te bouwen voor Castor en Pollux, maar waar?’
De vrouw van de aanvoerder schreeuwt: ‘Natuurlijk op de plaats waar de goden ons kort geleden verteld hebben over de overwinning!’