Hoofdstuk 7, tekst B: De redding (versie 1)

1 Theseus zoekt de Minotauros.
Maar hij vindt hem niet.
Plotseling hoort hij een verschrikkelijk geluid.
Nu neemt angst Theseus in zijn greep.
Hij merkt de Minotauros op, maar ... het beest slaapt.
5 Theseus gaat stilletjes naar het beest.
Dan opent het best zijn ogen.
En hij tilt zijn grote kop op.
Theseus pakt de kop meteen vast.
En hij slaat met zijn vuisten, want hij is ongewapend.
10 Op die manier doodt hij de verschrikkelijke Minotauros.
Daarna pakt hij de draad vast, en zo vindt hij de deur.
Daar merken de kinderen Theseus op en zeggen:
"Wij zijn erg blij en we verwonderen jou Theseus,
want jij bent erg sterk en dapper.
15 Zo redt jij ons en Athene!"
Daarna roepen de kinderen Ariadne,
want Ariadne wacht buiten.
De kinderen zeggen:
"Theseus de Athener heeft de Minotauros gedood.
20 Nu verlangen wij naar buiten te gaan,
dus wil jij de deur openen, Ariadne?"
Ook Ariadne is blij en ze opent de deur.
Meteen vluchten Theseus en Ariadne en de anderen naar zee.
Daar gaan zij op het schip en varen weg.