Hoofdstuk 5, tekst B (versie 3)

Een meisje wijst de weg en vervolgens wendt ze zich af.
Vanaf haar haren stroomt de geur van rozen.
Plotseling herkent Aeneas haar.
Het meisje is zijn moeder, Venus!
'Ach!, moeder, waarom verlaat je me?':roept hij uit.
De godin antwoordt echter niet en gaat weg.

Aeneas en Achates gaan verder.
Ze verlaten de bos en komen in de stad aan.
In de stad zien ze een tempel.
Een heel mooie vrouw zit voor de tempel.
Mensen staan rondom haar.
Aeneas en Achates naderen.
De vrouw ziet hen en begroet hen.
Ze vraagt:'Mannen, wie zijn jullie?'
Aeneas antwoordt:
'Ik ben Aeneas. Dit is nu Achates.
Wij zijn Trojanen, maar wie ben jij?'
De vrouw antwoordt:'Ik ben koningin Dido.'