Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Vivat Roma > Boek 1

Hoofdstuk 7, tekst C (versie 2)

Kijk, vanaf het eiland Tenedus naderen twee reusachtige
slangen over de zee.
Reeds komen ze aan bij / bereiken zij de kust.
Hun ogen zijn met bloed doorlopen.
5 Ze bewegen hun gespleten tong(en) aan een stuk door.
Ze gaan regelrecht naar de priester en zijn zonen.
Eerst vallen ze de zonen aan.
Ze slingeren zich om hun lichamen / lichaam.
Ze drukken hun tanden in de jongens en spuwen gif uit.

10 De ongelukkige vader komt aanrennen.
Hij probeert de slangen met een / zijn lans te doden.
Nu vallen de slangen de vader aan.
Ze omwikkelen hem met hun kronkels en proberen hem zo te doden.
Laocoön heft een geschreeuw aan naar de hemel en roept de goden
15 aan. Tevergeefs. Hij sterft. Wij huiveren.
Straffen de goden hun priester op deze manier?