Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Disco > Boek 2

Hoofdstuk ?, tekst ?: Een Ciceroniaans mopje (blz 74)

1 Op een zekere dag is cicero naar het huis van zijn vriend gegaan en heeft hij op de deur aangeklopt.
2 Nadat de slaaf de deur heeft geopend, heeft Cicero gevraagd:
3 'Is jouw meester thuis?'
4 De slaaf is weggegaan en is enige tijd later teruggekomen.
5 'Mijn meester is niet thuis.' en hij heeft de deur gesloten.
6 Maar Cicero begreep dat zijn vriend thuis was.
7 Hij is echter niets zeggend weggegaan en naar zijn huis teruggegaan.
8 Hij was woedend, dat de vriend hem niet had willen ontvangen.
9 Na enkele dagen wordt er op de deur van Cicero's huis geklopt.
10 De slaaf van Cicero opent de deur en hij ziet de vriend
11 van zijn meester staande voor het huis.
12 De vriend vraagt: 'Is jouw meester thuis?'
13 De slaaf gaat weg en zegt aan Cicero dat de vriend aanwezig is.
14 Cicero gaat naar de deur en zegt: 'Gegroet vriend. Ik ben niet thuis.'
15 De vriend zegt verbaasd: 'Wat? Ik zie je zelf met deze ogen.'
16 Cicero antwoord rustig: 'Wat? Ik moet jouw slaaf geloven, en jij gelooft mij zelf niet?' Vervolgens heeft hij de deur gesloten.

Statistieken

Vertalingen op de site: 7.339

Nieuw afgelopen maand: 8

Gewijzigd afgelopen maand: 18