Hoofdstuk 22, startblok (versie 2)

Startblok 22
DELIA (staat te midden van veel mensen en huilt)
CHLOE Wat is er, Delia? Waarom huil je? Waarom ben je naar de tempel van Fortuna gekomen?
DELIA Wat bedoel je, Chloë?
CHLOE Ik wil weten, waarom je hier staat en huilt. Zeg mij, wat er (aan de hand) is.
DELIA Ik zal je de oorzaak zeggen, waarom ik juist naar deze tempel ben gekomen, (en) waarom ik huil.
Zojuist ben ik aan de woede van mij meesteres ontvlucht. Zij was bezig (impf.!)
alle slavinnen te slaan.
Maar nu ben ik bang, dat ook ik, als/zodra ik gepakt ben, uitgescholden, gestraft en geslagen word / zal worden.
CHLOE Vraag je meester, dat hij je helpt / je te helpen. Hij zal je ongetwijfeld vergeving schenken / vergeven, omdat het ruwe/brute karakter/gedrag van zijn vrouw ook hemzelf niet bevalt.