Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Fortuna > Boek 2

Hoofdstuk 31, tekst B: Gaius plinius aan keizer Trajanus

Een enorme hoeveelheid geld, heer, hebben de inwoners van Nicomedia besteed aan een waterleiding. Deze, nog onvoltooid, is opgegeven
en zelfs afgebroken. Wederom is voor een ander aquaduct veel geld uitgegeven. Nu deze ook is verlaten, is er een nieuwe gelduitgave
nodig. Want het is noodzakelijk dat zij water hebben, die zoveel geld op slechte manier hebben verloren.
Zelf ben ik gekomen bij een zeer zuivere bron, waaruit het water moet worden gehaald. Er staan nog zeer weinig bogen overeind.
Er kunnen ook sommige bogen opgericht worden uit blokken steen, die van het vroegere bouwwerk zijn afgehaald. Een zeker deel zal,
zoals het mij toeschijnt, uit baksteen moeten worden uitgevoerd. Want dat is makkelijker en goedkoper. Maar eerst moet er door u
of een waterbouwkundige of een architect gestuurd worden. Want wij kunnen niet toelaten, dat dat wat gebeurd is, weer gebeurt.
Ik verzeker u dat zowel het nut van het werk als zijn schoonheid uw tijdperk zeer waard zijn.

Trajanus aan plinus

Het water moet naar de stad (van de inwonders van) Nicomedia gebracht worden. Daarvoor moet door jou gezorgd worden. Ik geloof echt
dat jij dit werk met grote prescisie zal aanpakken. Maar, in godsnaam, door jou zal met dezelfde precisie dit moeten worden uitgezocht:
Door wiens fout hebben de inwonders van Nicomedia tot dit moment zoveel geld verloren? Het is hun niet toegestaan, terwijl zij
elkaar onderling bevoordelen, zowel te beginnen met een aquaduct als die te verlaten! Wat je zo te weten zal komen, breng dat tot
mijn kennis.