Ovidius
Tekst: Narcissus & Echo (Ars Legendi)
Boze Juno:Juno had dit gedaan, omdat, toen ze onder haar Juppiter vaak de nimfen kon betrappen liggend op de berg, deze de godin met een lang gesprek tegenhield, terwijl de andere nimfen vluchtten. Nadat Juno dat gemerkt had,, zei ze: "van deze tong, waardoor ik ben bedrogen, zal aan jou een kleine kracht gegeven worden, en een zeer kort gebruik van de stem," en ze bevestigde deze dreigementen met de zaken. Deze op het einde van het gesprek slechts de stem verdubbelt en herhaalt de gehoorde woorden.
Eindelijk contact:
Toevallig zei de jongen die was afgedwaald van de groep van vertrouwde makkers: "Is er iemand aanwezig?" en Echo had herhaald: "Is aanwezig?" Deze stond verstomd en terwijl die een scherpe blik uiteen stuurde naar alle kanten, riep hij met luide stem: "Kom!" en Echo riep de roeper. Hij keek om en terwijl hij opnieuw niet kwam, zei hij: "Waarom ontvlucht je me?" En evenveel woorden als hij zei, kreeg hij terug. Hij volhardt en misleidt door het beeld van de stem. "Laten we samenkomen!" En Echo die zou willen antwoorden, weerkaatste aan niemand. "Laten we samenkomen!" En begunstigt met zijn woorden en ging ze naar het bos, om de armen om de gehoopte hals te slaan. Hij vluchtte en terwijl hij vluchtte zei hij: ‘Blijf van me af! Ik sterf nog eerder dan dat jij macht moge hebben over mij!’ Zij weergalmde niets behalve: ‘Dan dat jij macht mogen hebben over mij!’
Liefdesverdriet::
De genegeerde verstopt zich inde bossen en beschaamt bedekte ze haar gezicht met bladeren en ze leefde in de eenzame grot. Maar toch blijft de liefde kleven en groeide zij zelfs nog meer door de pijn van de afwijzing, en de slapeloze zorgen maakten haar ellendige lichaam broos, door de magerheid verschrompelde haar huid en al haar lichaamsvocht verdampte. De stem blijft, de beenderen hebben de vorm van stenen aangenomen. Vandaar verstopt in de bossen en ze wordt door iedereen gehoord. Het is het geluid, dat leven blijft in haar.
Verliefd op:
en terwijl hij verlangt de dorst te lessen, groeit een andere dorst en terwijl hij dronk vastgenageld door het beeld van de geziene vorm, houdt hij van een hoop op de geziene vorm zonder lichaam. Hij meent dat een lichaam is wat echt is.
Een tragisch einde:
En toen ze hem zag, werd ze toch bedroefd, hoewel ze woedend was en haar zich haar afwijzing nog herinnerde, hoe vaak de ellendige jongen ‘O’ had gezegd, zo vaak herhaalde zij met weergalmende woorden ‘O’. En toen hij met zijn handen op zijn armen geslagen had, weergalmde zij hetzelfde geluid van slaan. Dit waren de laatste woorden van degene die in het water bleef staren: ‘Oh tevergeefs, beminde jongen!’ en en even vaak stuurde de plek de woorden terug. En wanneer hij zei "vaarwel", zei Echo "vaarwel".
Hij boog zijn vermoeide hoofd naar het groene gras. De dood sloot de lichten (=ogen) die de vorm van hun meester bewonderden.
Ook toen, nadat hij ontvangen is in de onderaardse verblijfplaats, bekeek hij zichzelf in het water van de Styx. De Naïden zusters klaagden en legden hun afgesneden haardossen aan hun broer. Ook de bosnimfen jammerden en Echo stieten hetzelfde geluid uit met de klagers. En ze maakte de brandstapels al klaar en de fakkels en ze bereidden de lijkbaar. Nergens was een lichaam, ze vonden een laatste bloem te midden van witte omcirkelde bladeren.