Hoofdstuk 23, tekst C: Taaloefeningen A + B

A.
a. de eerste (boulesetai) want het is een mediumvorm en de rest niet.
of de laatste want dat is de enigste niet fut. vorm.
b. de laatste (scheson) want het is de enige part. onzijdig. de rest is vrouwelijk.
c. de laatste (arpasein) want het is de enige actieve vorm de rest is medium.
d. de laatste (estai) want dat is de enigste medium vorm. de rest is actief.

B.
1. (gignomai) hij zal geboren worden.
2. (eimi) jij zal zijn
3. (ego) wij zullen hebben
4. (lego) jullie zullen zeggen
5. (paitomai) wij zullen geloven
6. (garidzomai) ik zal een plezier doen
7. (mainomai) jij bent buiten jezelf
8. (gameo) zij trouwden
9. (ageiro) te hebben verzameld. aor. inf.
10. (arpadzo) te zullen roven