Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Examenboeken > 2010: Cicero

5. Tegenstander van complotten

Dus jullie samenzwering is afgegleden van de beschimping over onzedelijkheid bij de verdachtmaking met betrekking tot de samenzwering. Want jullie beweerden, en het was weliswaar weifelend en oppervlakkig, dat de deelname aan deze samenzwering wegens de vriendschap met Catilina was; daarom was niet alleen een reden voor een aanklacht niet voor handen, maar vertoonde ook de redevoering van een welbespraakte jongeman nauwelijks samenhang.
Want welke zo grote razernij was er in Caelius, welke zo grote wond [zo zwakke plek] hetzij in zijn karakter en aard hetzij in zijn persoonlijke en financiële omstandigheden? Waar is überhaupt bij deze verdenking de naam van Caelius gehoord?
Ik spreek te veel [woorden] over een allerminst twijfelachtige zaak; maar dit zeg ik toch. Als hij medeplichtig aan de samenzwering [was geweest], sterker nog, als hij niet een verklaarde tegenstander van die misdaad was geweest, zou hij nooit zijn jeugdige leeftijd hebben willen aanbevelen uitgerekend door een aanklacht wegens samenzwering.