Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com
Latijn en Grieks.com

Roma > Boek 1

Hoofdstuk 11, taaloefening 9

TIJD

adhunc = nog steeds
numquam = nooit
semper = altijd
iterum = opnieuw

PLAATS

ibi = daar
huc = hierheen
ubique = overal
undique = aan alle kanten