Via Nova > Boek 4
Hoofdstuk 6 (Livius), tekst: Vrouwenverkiezing
57.6 Terwijl deze toevallig aan het drinken waren bij Sextus Tarquinius waar ookCollatinus Tarquinius, de zoon van Egerus, dineerde, raakte het gesprek op de echtgenotes. Ieder prees zijn eigen echtgenote op wonderbaarlijke manieren.
57.7 Toen de strijd daaruit opvlamde ontkende Collatinus dat er behoefte was aan woorden, dat men binnen een paar uur kon weten hoeveel zij Lucretia de anderen overtrof. Waarom bestijgen wij, als tenminste de kracht van jeugd zich in ons bevindt, niet het paard en gaan wij met eigen ogen het karakter van onze echtgenotes zien? Laat dit bewezen zijn, datgene wat zich aan de ogen zal voordoen bij de onverwachte aankomst van de man.
57.8 Ze waren verhit geraakt door de wijn; 'Vooruit dan', zeiden allen. Nadat de paarden in snelle beweging waren gebracht vlogen ze weg naar Rome. Toen ze daar aangekomen waren, toen de eerste duisternis zich verspreidde, gingen ze door naar Collatia
57.9 Waar zij Lucretia aantroffen volstrekt niet als de schoondochters van de koning, die zij de tijd hadden zien doorbrengen met leeftijdgenoten met een gastmaal en in weelde, maar in de late avond toegewijd bezig met de wol, in het midden van het huis zittend, tussen de bij lamplicht werkende slavinnen. Van de vrouwenwedstrijd was de lof bij Lucretia.
57.10 Toe haar man en de Tarquinii aankwamen werden ze welwillend ontvangen; de overwinnende echtgenoot nodigde gastvrij de koninklijke jongemannen uit. Toen beving een kwalijk verlangen Sextus Tarquinius om Lucretia met geweld te verkrachten: zowel haar schoonheid als haarverwachtte ingetogenheid hitste hem op.
57.11 En toen keerden ze van hun jongensachtig nachtelijk spel terug naar het kamp.