Hoofdstuk 8, tekst 5B: Het slagveld
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 3
1 De volgende dag, zodra als het licht werd, begonnen ze de wapenbuit te verzamelen en de ook voor vijanden gruwelijke slachting te bekijken. Er lagen zoveel duizenden Romeinen, overal voetknechten en ruiters, al naar gelang het toeval iemand met een ander had verenigd of in het gevecht of op de vlucht. Sommigen, terwijl ze met bloed overdekt opstonden midden uit de slachting, die hun wonden die door de ochtendkou waren samengetrokken hadden gewekt/door hun wonden werden gewekt, werden door de vijand neergeslagen. Ze vonden sommigen ook liggend (nog) levend met doorgesneden dijbeen-pezen 5 en knieholten, terwijl dezen hun hals en keel ontbloten en bevalen het overige bloed te vergieten. Sommigen zijn gevonden met ingegraven hoofden, die bleken voor zichzelf zelf kuilen te hebben gemaakt en hun adem te hebben afgesneden door hun monden/gezichten te begraven doordat ze er aarde overheen hadden gegooid.
Vooral een Numidiƫr trok de aandacht van allen, die levend onder een dode Romein die bovenop hem lag werd getrokken, met verminkte neus en oren, omdat de Romein, omdat zijn handen niet in staat waren een wapen te pakken, nadat zijn woede in razernij was veranderd/omgeslagen, gestorven was, terwijl hij met zijn tanden de vijand verscheurde.