Hoofdstuk 7, tekst 2: Het musje
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 3
Musje, lieveling van mijn meisje, met wie ze de gewoonte heeft te spelen, die op haar schoot te houden, aan die, wanneer hij pikt, het topje van haar vinger te geven en diens felle beet uit te lokken, wanneer ze, terwijl mijn geliefde straalt, graag een spel wil spelen dat haar dierbaar is, en dat een kleine troost is voor haar verdriet, naar ik geloof, opdat dan haar hevige hartstocht tot bedaren komt: kon ik maar met jou spelen als zijzelf en de droevige zorgen van mijn hart verlichten!