Candaules en Gyges; e. Het plan van Candaules (1.9)
Dus hij, door dat te zeggen, protesteerde weliswaar, vrezend, dat iets slechts hem zou gebeuren ten gevolge van deze dingen. En hij antwoordde hem als volgt: 'Wees niet bang, Gyges, en heb noch angst voor mij, in de veronderstelling dat ik , jou op de proef stellende, dit voorstel zeg, heb noch angst voor mijn vrouw, dat jou vanaf haar kant schade overkomt; want ik zal het in elk geval zo regelen dat zij niet bemerkt dat zij door jou gezien is. Want ik zal jou in het vertrek neerzetten, (het vertrek) waarin wij slapen, achter de openstaande deur; en na mij, nadat ik naar binnen gekomen ben, zal ook mijn vrouw verschijnen om te gaan slapen. En dichtbij de deur staat een zetel; hierop zal zij de kledingstukken, terwijl zij ze ieder één voor één uittrekt, neerleggen, en in alle rust zal het voor jou mogelijk zijn haar te bekijken. En wanneer zij van de deur vandaan naar het bed gaat, en jij achter haar rug zult komen, is het jouw zaak daarna ervoor te zorgen dat jou niet ziet, terwijl jij door de deuren gaat.