Les 45: Griekse wijsgeren
Pythagoras
“Filosofie” werd voor het eerst genoemd door Pythagoras, en ook “filosoof”, toen hij in Sycon handelde met Leo, de alleenheerser over de Syconiërs, [en zei] dat er geen wijze was dan [alleen] God.
Pythagoras de Samiër, nadat hij aangekomen was in Egypte en leerling was geweest van de priesters daar, bracht als eerste de filosofie naar Griekenland. Vervolgens keerde hij terug naar Samos, en toen hij het vaderland aantrof onder alleenheerschappij van Polycratus voer hij weg naar het Italiaanse Croton.
Anaximander
Dat in vissen de eerste mensen zijn ontstaan deelt Anaximander mee, en toen die zo groot als haaien geworden waren, waren ze ook geschikt om zichzelf te helpen eruit te gaan en aan land te gaan.
Xenophanes
Aan alle goden schreven Homerus en Hesiodus toe
evenveel schandelijkheden en laakbaarheden als aan mensen
stelen, echtbreken en elkaar bedriegen.
Eén god, onder goden en mensen de grootste,
Zijn gestalte volstrekt niet gelijk aan de stervelingen, noch zijn denken.
Vanaf het begin hebben beslist niet alle goden zich aan de stervelingen getoond,
maar zoekend gedurende de tijd vinden zij betere.
Heraclitus
Heraclitus heeft eens gezegd dat alles gaat en niets blijft, en de stroom van een rivier vergelijkend met het zijnde, zei hij dat je niet tweemaal in dezelfde rivier kunt gaan.
Strijd is de vader van alle dingen, de koning van alle dingen, en sommigen brengt ze aan het licht (toont ze) als goden, sommigen als mensen, sommigen maakt ze tot slaven, sommigen tot vrijen.
Anaxagoras
Al het ontstaan en vergaan beschouwen de Grieken niet op de juiste wijze (niet recht). Want geen ding ontstaat en vergaat, maar vanuit het zijnde vloeien de dingen samen en vallen zij uiteen. En zo kunnen zij met recht het ontstaan samenvloeien noemen en het vergaan uiteenvallen.
[nous is] het fijnste en ook het zuiverste van alle dingen.
En zoals ze nu is, zo zal ze ook zijn, de alles ordenende geest.
Vanwege hun eigen zwakheid zijn ze niet in staat de waarheid te beoordelen.