Mandatum XXIII, Thema 5
1. Moeder zegt dat de slaven de maaltijd moeten bereiden.
2. Moeder zei dat de slaven de maaltijd moeten bereiden.
3. Moeder zegt dat de maaltijd bereid moet worden.
4. Moeder zei dat de maaltijd bereid moest worden.
5. Moeder zegt dat de slaven de maaltijd klaar moesten maken.
6. Moeder zei dat de slaven de maaltijd klaar moesten maken.
7. Moeder zegt dat de maaltijd klaargemaakt was.
8. Moeder zei dat de maaltijd klaargemaakt was.
9. Moeder zegt dat de slavinnen de maaltijd zullen bereiden.
10. Moeder zei dat de slavinnen de maaltijd zullen bereiden.