Hoofdstuk 4, oefeningen
Categorie: Boek > Via Nova > Boek 1 Urbs
1. Type school: basisonderwijs
Type leerlingen: jongens, van 7 tot 12 jaar,
Naam leraar: paedagogus
Type leerstof: lezen, schrijven en rekenen

2. Type school: basisschool
Type leerlingen: jongens, verschillende leeftijden
Naam Leraar: magister
type leerstof: ?

3. Type school: het voortgezet onderwijs
Type leerlingen: jongens tot 15 jaar oud
Naam leraar : Grammaticus
Type leerstof?: Latijn en Grieks,Aardrijkskunde en Geschiedenis, mythologie, theater, wetenschap en filosofie

4. Type school: Hoger onderwijs:
Type leerlingen: jongens na 15 jaar oud
Naam leraar: retor
Type leerstof: retorica: Redevoeringen leren, Redevoeringen leren beargumenteren,
De juiste woorden leren gebruiken bij een redevoering, een betoog overtuigend leren uitspreken.
Opdracht 1
ego vide-o
ego surg-o
ego veni-o

nos intra-mus
nos dormi-mus
nos sede-mus

tu labora-s
tu nesci-s
tu responde-s

servus roga-t
mater sede-t
filius voca-t

senes riden-t
filiae specta-nt
gemini time-nt

0 fout
Opdracht 3
Woord stam stamgroep bindvocaal persoonsuitgang
audit audi- i-stammen - -t
currunt curr- med.stammen u -nt
intrat intra- a-stammen - -t
docet doce- e-stammen - -t
respondent responde- e-stammen - -nt
venimus veni- i-stammen - -mus
vides vide- e-stammen - -s
ambulas ambula- a-stammen - -s
rident ride- e-stammen - -s
nesciunt nesci- i-stammen -u- -nt
dormio dormi- i-stammen - -o
disco disc- med.stammen - -o
discimus disc- med.stammen i- -mus
videtis vide- e-stammen - -tis

Opdracht 4
1 sciunt - 3e persoon mv. zij weten
2 scribis - 2e persoon ev. jij schrijft
3 narramus - 1e persoon mv. wij vertellen
4 saluto -1e persoon ev. Ik begroet
5 ridetis -2e persoon mv. Jullie lachen
6. ardet -3e persoon ev. hij brandt
7. discedunt -3e pesoon mv. zij verlaten
8 custodio -1e persoon ev. ik bewaak

Opdracht f
1 schrijftafeltjes - tabulae - een schrift
puntige griffel - stilus - een pen
papyrus - een A4
een blad papyrus - charta - een A4
boekrol - volumen - een boek
gepunt riet om mee te schrijven - calamus - een pen
of een gepunte slagpen van een vogel - penna - een pen

Het Latijn in het Nederlands:
1 les - Lat.: lectio
2 meester -Lat.: magister
3 papier - Lat.: papyrus
4 kaart - Lat.: charta
5 pen - Lat.: penna
6 docent - Lat.: docere

1 discipel - dsicipilus - Ned. leerling
2 pedagoog - paedagogus - Ned: een kinderpsychiater of kinder psycholoog
3 retoriek - retorica - een manier van beargumenteerd overtuigend aanspreken
4 portiek - porta - deur
 
Opdracht 5
1 Omnes discipuli litteras Graecas scribent
2 Omnes? Pauci non laborant
3 Grammaticus rogat “ Cur non laboras Marce?”
4 Marcus “Ego non scribo, quod Lucius quoque non scribet.”
5 Grammaticus geminos vituperat. “Marce et Luci, cur vos non laboratis?
6 Pueri respodent: Tabulas non habemus.
7 Philippus: “Ubi sunt tabulae?”
8 Gemini: “Nesciunt”
9 Phillipus: “Ecce tabulae novae! Luci, cur adhuc non scribes?”
10 Lucius: “Non omnes litteras scio”
11 Philippus: “Cur litteras nescis?”
12 Nunc Philippus valde iratus est et clamat: “Ego doceo, alii disciunt sed vos adhuc linguam Graecam non discitis.”
13 Vos vituperatis quod contentus non sum”
14 Pueri taciti grammaticum spectant
15 Irati cogitant: “Nos qouque contenti non sumus”
6fout

Opdracht g
1 reden 1 Het Oud Grieks heeft veel overeenkomsten met het Latijn en heeft zo ook overeenkomsten met het Nederlands.
2a de letter “c”, de letter “h”, de letter “q” en de letters “v” en “w”vind je niet in het Oud Griekse Alfabet.
2b , de letters “dzeta”, “theta”, “chi”, “psi” en “ksi”
2c
Αληξανδηρ Αςήνοφ Βοτήφ
Κώνινγςπλήιν 33 2518ΙΓ
Δήν Χάάγ
Νήδήρλανδ
3a het verhaal van Phaeton, de zoon van de zonnegod.
3b De Ilias van Homerus
4a waterkruiken voor het mondspoelen van Marcus en Lucius de het brengen van de Tunica’s van Marcus en Lucius.
4b Delos
5a de letter fi
5b Iemand die houd van een snelheid.