Tekst 34: Milo
Kind: Waar ga jij heen met de vrienden? Of wat gebeurt er?
Broer: Volg ons, wij gaan natuurlijk naar de marktplaats: want ik vernam dat Milo vandaag naar huis zou komen, nadat hij een prijs heeft verworven in de Olympia. Kijk, hoeveel mensen zich al hebben verzameld. En nu wachten allen op de Olympische held, de sterkste van allen.
Kind: dus hoe werd Milo zo sterk?
Broer: ik hoorde dat Milo, zijnde een jongeman, de kracht van zijn lichaam trainde door een jong stierenkalf op te tillen. Elke dag tilde Milo het kalf op, en dit gebeurde zo lange tijd, terwijl het kalf steeds groeide, en terwijl Milo steeds sterker werd. En na vier jaar, toen het kalf naar een groot stier was gegroeid, at hij het in één dag helemaal op.
Kind: dus Milo heeft een zeer grote maag. Als wij dus, burgers van Kroton, elke dag een maaltijd schenken aan hem, op staatskosten: is dat dus een duur geschenk.
Broer: maar misschien willen de leiders andere geschenken geven aan hem. En misschien sturen zij een beeld van Milo naar Olympia: want hij verdient grote eer.
Kind: en onze held is grote eer waardig. Ik hoop dat het beeld van Milo gemaakt wordt terwijl hij gekleed is in de huid van een leeuw en een knots in zijn hand houdt: want voor mij schijnt hij lijkend op Herakles. Ik vermoed dat hij in staat is een voorwerp van hout te splijten.
Broer: maar zwijg: daar komt Milo aan
Allen: *geluid van een citersnaar* oh glorieuze winnaar, gegroet, *geluid van een citersnaar* glorieuze winnaar.