AUC 39.11 (p.167, rr.90-95); Aebutius doet aangifte bij de consul (3)
Categorie: Boek > Examenboeken > 2017: Livius
Als Aebutia ontboden is, komt ze naar Sulpicia toe en de consul knoopt korte tijd later, [terwijl hij deed] alsof hij toevallig was langsgekomen, een gesprek aan over haar broers zoon Aebutius. De vrouw barstte in tranen uit (Tranen kwamen op bij de vrouw) en ze begon het lot van de jongeman te beklagen, die, beroofd van zijn vermogen [door degenen] door wie hij het minst behoorde [te worden beroofd] (door wie dat het minst behoorde), op dat moment bij haar [in huis] was, door zijn moeder eruit gegooid omdat de rechtschapen jongeman (mochten de goden toch maar genadig zijn!) zich niet wilde laten inwijden in, naar het gerucht ging, onzedelijke riten.