AUC 1.12 (p.67, rr.165-171); Het optreden van Mettius Curtius (2)
[Hem] achtervolgen de Romeinen, op de vlucht gejaagd als hij was; en de rest van het Romeinse leger, door de onverschrokkenheid van hun koning aangevuurd, verdrijft de Sabijnen. Mettius kwam in een moeras terecht omdat zijn paard schuw werd door het lawaai van de achtervolgers; en die situatie had ook de Sabijnen afgeleid [van de strijd] door het gevaar waarin zo’n groot man verkeerde (van zo’n groot man). En hij, onder het wenken en schreeuwen van zijn eigen mannen, ontkomt omdat hij moed kreeg door de steun van velen: de Romeinen en de Sabijnen hernieuwen in het dal tussen de twee bergen de strijd; maar de Romeinen hadden de overhand (de zaak van de Romeinen was winnend).