Tekst 8: Argonauten (versie 2)
Argonauten
Iason verzamelt de helden van Griekenland. Want met hen wil hij de expeditie maken. Argos, de scheepsbouwer, maakt nu voor hem een schip in de haven. Iason bewondert zijn werk en zegt tegen hem: 'Jouw werk bevalt me; het is dus passend om het schip te noemen met jouw naam.' Tenslotte zijn de helden aanwezig; Iason, de leider van de expeditie, zegt tegen hen:
'Vrienden, op de reis wachten ons vele gevaren, maar niemand van jullie is uit angst afwezig. Want aanwezig zijn de gevleugelde Boreaden, omdat zij hun dapperheid willen tonen. Ook Orpheus is aanwezig; Orpheus betovert met zijn liederen niet alleen de mensen, maar ook de dieren en de bomen. Ook het meisje Atalanta reist met ons mee: want Atalanta overtreft altijd de mannen met haar (pijl en) boog. Wees zeer welkom ook jullie, alle andere helden.
Argos maakt voor ons het schip, de Argo. Athena helpt hem: de godin van de vaardigheid schenkt de scheepsbouwer namelijk vakkundigheid bij het werk. De Argo zal ons over zee naar Kolchis brengen. Want daar is het Gulden Vlies; het Gulden Vlies moeten we naar Griekenland brengen. Argonauten, vele gevaren wachten mij en jullie weliswaar, maar de expeditie zal ons ook grote eer brengen.'