Hoofdstuk 8, tekst A
Categorie: Boek > Pallas > Druk 4: Boek 1
Vele en grote schepen waren aanwezig in Aulis;
want veel Grieken kwamen hun heerser te hulp.
Dus veel dappere legeraanvoerders, soldaten en matrozen waren aanwezig.

Eerst gingen de blonde Menelaos en de heerser der mannen, Agamemnon en de andere legeraanvoerders aan boord op de grote schepen.
Daarna droegen zij de soldaten op de wapens aan boord te brengen.
Allen verheugden zich erg op de geduchte expeditie en de nieuwe wapens.
Tenslotte waren allen op de schepen en waren de matrozen van plan uit Aulis weg te varen.

Nu laten de goden plotseling de wind ophouden.
Waarom deden de goden dit dan?
De goden verhinderen de expeditie, omdat Artemis boos was op de aanvoerder. Want Agamemnon had de godin beledigd. Agamemnon had in zijn hoogmoed het heilige dier van Artemis neergeschoten en gezegd: 'Zelfs u, Artemis, kunt niet beter schieten dan ik.'
Zo werd Agamemnon in zijn overmoed vijandig aan de godin.