Hoofdstuk 4, tekst D: Tranen: van vreugde of verdriet
Categorie: Boek > Kosmos > Nieuwe druk
Terwijl de mannen met elkaar praatten, ging de slavin zo snel mogelijk naar het vrouwenvertrek. Daar deelde ze tegen de moeder van Eurykleia mee, welke mannen in het mannenvertrek aanwezig waren. “Terwijl ze wat willen, zijn ze aanwezig?”, vroeg Kreousa. “Ze willen toch niet praten over het huwelijk van Dionysodoros en Eurykleia?” “Ik weet het niet”, antwoordde de slavin, “maar ik vermoed…” Kreousa riep uit: “Zwijg: het past niet aan jou je mening bekent te maken, omdat je een slavin bent.”
Dus toen ging de slavin naar buiten uit het vrouwenvertrek. De moeder zei tegen Eurykleia: “Lieve dochter, jouw vader praat denk ik met Apollonios over het huwelijk van jou en Dionysodoros. Jij bent ongelukkig, mijn kind: want Dionysodoros is mank.” Daarom huilden de moeder en de dochter, en de nog aanwezig zijnde slavinnen ging stilletjes weg uit het vrouwenvertrek, de twee vrouwen achterlatend.
Veel tijd huilden Kreousa en Eurykleia, verdriet hebbend over het lot van vrouwen. Plotseling kwam Archiades naar het vrouwenvertrek en zei tegen de vrouwen: “Ik breng jullie een goed bericht: want Dionysodoros, een jongen van een rijke familie, wil Eurykleia trouwen. Wees blij met mij, en vooral jij, Eurykleia, wees blij.