Hoofdstuk 12, tekst 4D
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 3
1 Een ander worstelt als wijnschenker, op de manier van een vrouw uitgedost, met zijn leeftijd: hij kan zijn jeugd niet ontvluchten, hij wordt ernaar teruggetrokken, en reeds met het uiterlijk van een soldaat blijft hij, onbehaard omdat zijn haren weggewreven of er helemaal uitgetrokken zijn, de hele nacht wakker, die hij verdeelt tussen de dronkenschap en de wellust van zijn meester, en in de slaapkamer is hij een man, bij de maaltijd een jongen.
Een ander, aan wie de beoordeling van de gasten is toevertrouwd, blijft, de ongelukkige, (steeds) staan en bekijkt wie vleierij
5 en onmatigheid in ofwel vraatzucht ofwel taalgebruik weer uitnodigen voor de volgende dag. Voeg daaraan toe de inkopers die een grondige kennis hebben van het gehemelte van de meester, die weten van welk ding de smaak hem opwindt, waarvan hem de aanblik genoegen doet, door het verrassende waarvan hij opgepept kan worden wanneer hij misselijk is, waarvan hij door oververzadiging zelf al afkeer heeft, waarin hij op die dag trek heeft. Met hen samen eten verdraagt hij niet en hij vindt het een vermindering van zijn verhevenheid om met zijn slaaf aan dezelfde tafel te gaan. God nog aan toe! Hoevelen van hen heeft hij als meesters!