Hoofdstuk 16, tekst A (versie 2)
Categorie: Boek > Disco > Boek 1
Terwijl iedereen s'nachts sliep, stond Sextus Tarquinius op uit bed en pakte hij zijn zwaard. Stiekem ging hij de slaapkamer van Lucretia binnen, naderde haar bed en zei: "Zwijg, Lucretia. Ik ben het, Sextus Tarquinius. Ik hou van je. Zie je dit zwaard? Ik zal je ermee doden als je schreeuwt! Lucretia dacht snel na: "Wat moet ik doen? Ik kan niet vluchten en ik kan geen weerstand bieden; hij heeft een zwaard." Nergens zag ze enige hulp. Toch maakte de dood haar niet bang en zweeg ze niet. Vervolgens voegde Sextus schande toe aan de bedreigingen en zei: "Als jij niet toegeeft, zal ik en jou doden en een van je slaven. Ik zal zeggen dat ik jullie samen naakt in jouw bed betrapte en daarom doodde. Je vader, echtgenoot, vrienden... allen zullen je minachten. Toen gaf Lucretia, die zoveel schande niet aan kon, zich over. Nadat Sextus haar had overwonnen ging hij weg als overwinnaar. O overwinnaar, waarom ben je blij? Je overwinning zal je ten gronde richten.