Hoofdstuk 7, tekst B (versie 3)
Theseus zoekt de Minotaurus, maar vind hem niet. Plotseling hoort hij een verschrikkelijk geluid. Nu grijpt angst ook Theseus aan; Hij merkt de Minotaurus op, maar het beest slaapt. Theseus gaat stilletjes naar het beest toe. Dan opent het beest zijn ogen en tilt zijn grote kop op. Meteen pakt Theseus de kop vast en slaat met zijn vuisten; want hij is ongewapend. Zo dood hij de verschrikkelijke Minotaurus. Daarna pakt hij de kluwen draad vast en zo vind hij de deur. Daarna merken de kinderen Theseus op en zij zeggen: "Wij zijn erg blij en verwonderen jou Theseus. Want jij bent erg sterk en dapper! Zo red jij ons en Athene!" Daarna roepen de kinderen Ariadne, want Ariadne wacht buiten. De kinderen zeggen: "Theseus de Atheener heeft de Minotaurus gedood. Nu verlangen wij naar buiten te gaan. Dus wil jij de deur openen, Ariadne?" Ook Ariadne is blij en opent de deur. Meteen vluchten Theseus en Ariadne en de andere naar de zee. Daar gaan zij op het schip en varen weg.