29B taaloefeningen
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 2 nieuwe druk
Servus nihil meminerit. = De slaaf zal zich niks herinneren.
Puer dicit se nihil novisse. = De jongen zegt dat hij niks weet.
Servus dicitur nihil meminisse. = Er werd gezegd dat de slaaf zich niks
herinnert.
Populus principem oderat. = Het volk haatte de keizer.
Populus videbatur principem odisse. = Het bleek dat het volk de keizer haatte.
Novi nomen eius. = Ik weet zijn naam.
Huius viri non meminerat. = Hij herinnerde zich deze man niet.
Novisti omnia quae tibi scripsi. = Jij zei mij niets nieuws.
Ille vir simul amat et odit amicam suam. = De man houdt en haat tegelijkertijd zijn
vriendin.