De moord op Eratosthenes, par. 4
Heren, het is nodig dat ik dit aantoon, dat Eratosthenes overspel pleegde met mijn vrouw en hij haar van goede naam beroofde en hij maakte mijn kinderen te schande en hij beledigde mij zwaar doordat hij mijn huis binnenging, en dat aan mij en aan die geen enkele vijandschap was behalve deze, dat ik het niet deed vanwege het geld, opdat ik rijk werd in plaats van arm en ook niet vanwege een of andere winst behalve de straf volgens de wetten.