Carmen 33
O vader Vibennius, beste van de badhuisdieven en zoon, hoerenjongen (immers heeft de vader een nog smeriger rechterhand en de zoon een nog vraatzuchtiger achterste): waarom gaan jullie niet in ballingschap en naar ellendige streken, aangezien de roverijen van de vader aan het volk bekend zijn en jij, zoon, je behaarde billen voor geen cent te koop kunt aanbieden?