Hoofdstuk 24, tekst A (versie 2)
Categorie: Boek > Vivat Roma > Boek 2
Het wrede besluit bewoog het kalme karakter van Icilius zo dat hij uitriep: “Dit kuise meisje is verloofd met mij, Appius, niet met jou! Ik zal met haar trouwen. In haar huis, niet in andermans huis zal Verginia de komst van haar vader afwachten. Ook al hebben jullie de hulp van de volkstribuun aan het Romeinse plebs weggenomen, daarom is aan jullie niet de macht over onze kinderen en echtgenotes gegeven. Als de kuisheid van Verginia door jou geschonden wordt zal ik de hulp van de goden en mensen inroepen, opdat deze misdaad niet ongestraft blijft. Ik eis, Appius, dat jij nog eens overweegt wat je gaat doen. Ik wil liever sterven dan Verginia aan jou afstaan.”
Appius, die zag dat de menigte opgewonden werd door de woorden van Icilius, antwoordde dat Icilius haar niet uit liefde maar eerzucht verdedigde, dat hij een gunstige gelegenheid zocht voor een opstand: Dat daarom Icilius deze gunstige gelegendheid niet wordt verschaft, dat hij daarom de rechtspraak naar de volgende dag zou uitstellen. Dat Verginia intussen de komst van haar vader in haar eigen huis zou verwachten. Vervolgens ging het volk angstig uit een.