Hoofdstuk 10, tekst 1C: Catilina’s zedeloze instelling (15)
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 3
1 Allereerst had Catilina als jongeman veel gewetenloze, zedeloze daden gedaan, met een adellijk meisje, met een priesteres van Vesta, (en) andere dergelijke daden tegen god en gebod. Tenslotte verliefd geworden op Aurelia Orestilla van wie een fatsoenlijk man nooit iets behalve haar schoonheid heeft geprezen, omdat zij aarzelde met hem te trouwen uit angst voor haar stiefzoon van volwassen leeftijd, neemt men voor zeker aan dat hij na zijn zoon vermoord te hebben zijn huis vrij heeft gemaakt voor een misdadig huwelijk. Déze zaak schijnt mij
5 vooral de oorzaak geweest te zijn om de misdaad te bespoedigen. Want zijn schandelijke geest, verbitterd op goden en mensen, kon noch door wakker blijven noch door rust bedaard worden: zo kwelde zijn slecht geweten zijn rusteloze geest. Dus een lijkbleke kleur, afschuwelijke ogen, nu eens een snelle pas, dan weer een trage: kortom in zijn gezicht en gelaatsuitdrukking was waanzin.