Tekst 3.3: Aglaea, het dienstmeisje van de tovenares
Milo's vrouw had een dienstmeisje, Aglaea heette ze. Ze vond me onmiddelijk leuk. (ik beviel haar meteen)
Want reeds de volgende dag na het avondeten kwam ze naar me toe en zei:"Let op voor de kunsten van mijn meesteres!
Ze is immers een zeer machtige tovenares en ze aarzelt niet degene van wie ze niet houdt, te veranderen in gemene dieren.
Ze heeft zichzelf reeds vaak in een vogel veranderd en is weggevlogen. Daartoe ze zich heeft ingesmeerd met een bepaalde zalf.
"Maar wanneer ik dat hoorde, lachte ik en zei tot haar:"O, Aglaea, je hebt dit ofwel verzonnen ofwel gedroomd."
Maar zei sprak:"Ik heb dat verzonnen noch gedroomd, want ik heb het met mijn eigen ogen gezien.
Ze heeft immers zelf haar geheim aan mij verklapt, omdat ik haar moet helpen als ze haar menselijke gedaante terug wil aannemen.
Bij Jupiter, ik zweer het."
Toen geloofde ik haar en zei: "O allerliefste Aglaea, geef me van die zalf, ik zal je altijd dankbaar zijn."
Eerst wilde ze niet, maar ik drong aan en uiteindelijk haalde ik haar over. Dat wat ik zo begerig vroeg, beloofde ze en ging weg.