Hoofdstuk 32, tekst C
Categorie: Boek > Fortuna > Boek 2
Hadrianus was gewend overal werken te bouwen. In Brittanie legde hij een muur aan over 80 mijl, om de barbaren en de Romeinen te scheiden. In Rome herstelde hij het Pantheon, dat eerst door Agrippa was gebouwd, en zeer veel andere oude werken. Die wijdde hij allemaal in met de eigen namen van de opdrachtgevers. Er is met/onder zijn naam een brug gebouwd en een graf naast de Tiber. Hij heeft het gedurfd het enorme beeld van Nero over te brengen van die plaats, waarop hij de temple van Venus en Roma wilde bouwen. Het gevaarte was zo groot, dat er 24 olifanten nodig waren. Dit beeld wijdde hij aan de Zon, nadat het hoofd van Nero verwoest was. Hij heeft zich ingespannen, opdat er net zo'n ander beeld, op initiatief van de architect Appolodoris, van de Maan werd gemaakt. Hoewel hij niet hield van opschriften op de werken noemde hij toch heel veel steden Hadrianopolis, zoals Carthago en een nieuw deel van Athene. In deze stad bouwde hij een tempel van de Olympische Juppiter en een altaar en wijde dat aan zichzelf. Hij ontving goddelijke eer en is 'De Olympier genoemd' genoemd. Hij bevool dat er een poort gebouwd werd tussen het oude en het nieuwe deel van de stad. Op die poort schreef hij in het Grieks op de ene kant: 'Dit is de stad Athene, de oude stad van Theseus', (en) aan de andere kant: 'Dit is de stad van Hadrianus en niet van Theseus'.
Hij was zo blij met zijn landgoed in Tivoli, dat hij die op wonderbaarlijke wijze uitbouwde. Hij droeg op dat daarin zeer mooie gebouwen werden gebouwd zoals, Lyceum, Academia en Canopus. De Academia en het Lyceum waren zeer beroemde sport en filosofen scholen van Athene, Canopus was een Egyptische stad, zeer beroemd wegens de tempel gewijd aan de God Serapis. Hadrianus bouwde zelfs, opdat het niet gebeurde dat hij enige naam oversloeg, de Onderwereld