3, Ovidius, tekst: Callisto - de verkrachting
Categorie: Boek > Phoenix > Boek 4
De zon stond een beetje verder dan het midden van de hemel, toen Callisto het bos binnenging dat door geen enkele generatie omgehakt was: ze legde hier haar pijlenkoker van haar schouder af en ontspande haar buigzame boog. Ze ging liggen op de bodem, die bedekt was met gras, en ze drukte de gekleurde pijlenkoker die ze in haar nek geplaatst had. Toen Jupiter haar, moe en zonder bewaking zag, zei hij: "Dit overspel zal mijn echtgenote zeker nooit weten, maar als ze dit toch te weten komt zullen de scheldwoorden talrijk zijn!" Dadelijk trok hij het uiterlijk en de uitrusting van Diana aan en zei vervolgens: "O maagd, één van mijn gezellen, waar ben jij gaan jagen?" Het meisje stond op uit het gras et zei:
"Gegroet, godheid, naar mijn mening ben jij groter dan Jupiter, ookal zou hij dit zelf (kunnen) horen." Hij lachte en luisterde en hij vond het leuk dat hijzelf boven zichzelf verkozen werd. En hij gaf kussen, niet nogal gematigd, niet zoals kussen door een maagd gegeven mogen worden. Zij was van plan te vertellen in welk bos ze geweest was, maar hij verhinderde haar met een omhelzing en verraadde zichzelf niet zonder misdaad. Zij verzette zich ertegen, voor zover althans een meisje dat kan - had je het maar bekeken, dochter van Saturnus (= Juno), je zou milder zijn! - ze vocht ertegen; maar wie kon het meisje overwinnen, en wie kon Jupiter overwinnen? Jupiter ging als overwinnaar naar de hoge hemel. Voor haar was het bos om te haten, het bos was namelijk medeplichtig. Terwijl ze vandaar de benen terugnam, vergat ze bijna haar pijlenkoker met pijlen mee te nemen en haar boog, die ze opgehangen had.