Hoofdstuk 11, tekst B (versie 3)
Categorie: Boek > Disco > Boek 1
1 Zodra hij de schim van Dido herkende, begon Aeneas te huilen en zei:<br />
2 ''Lieve Dido, ik ben Aeneas, leider van de Trojanen.<br />
3 Waarom zie ik jou temidden van de schimmen? Ach was ik de oorzaak van jouw dood?<br />
4 Jij hebt jezelf toch niet vermoord nadat ik met de schepen van Afrika af voer?<br />
5 Vetrouw mij, koningin: Ik liet jou achter tegen mijn wil! <br />
6 Toen hebben mijn lotsbeschikkingen mij gedwongen jouw stad te verlaten en naar Italie te gaan.<br />
7 Ik heb jou nooit willen kwetsen. Ik heb altijd de naam Dido in mijn geheugen gehad.''<br />
8 Maar Dido wendde haar ogen af en zweeg.<br />
9 Ze stond vijandig als een harde rots, ze bewoog zich niet.<br />
10 Toen plotseling wendde ze zich af van zijn ogen en vluchtte weg naar het bos van Myrte.<br />
11 Aeneas riep uit: ''Dido! Waarom vlucht je?<br />
12 Waarom ontvlucht je me, Dido? Blijf staan, smeek ik je.''<br />
13 Dido antwoordde echter niet noch bleef zij staan.<br />
14 In het bos van Myrte verborg ze zich waar haar echtgenoot Sychaeus haar met liefde ontving.